Wat houdt de identificatieplicht in de zorg in?
De identificatieplicht in de zorg houdt in dat u zich moet kunnen identificeren met een geldig identiteitsbewijs als u medische zorg ontvangt. De identificatieplicht geldt voor iedereen in ziekenhuizen, poliklinieken, verpleeghuizen en verzorgingshuizen en voor specialistische zorg in een privékliniek.
Waarom identificatieplicht in de zorg
De identificatieplicht in de zorg is ingevoerd om misbruik met zorgpassen (zorgpasfraude) tegen te gaan. Een onverzekerde die gebruik maakt van een gestolen, gehuurde of geleende zorgpas maakt misbruik van een zorgverzekering. Hij of zij betaalt immers geen premie. Ook werkt deze vorm van fraude de kans op medische fouten in de hand. De patiënt wordt namelijk aangezien voor iemand anders, met een ander medisch dossier.
Identificatieplicht in de zorg voor kinderen
Anders dan de algemene identificatieplicht is er in de zorg geen leeftijdsgrens. Wel moeten kinderen vanaf 14 jaar hun eigen identiteitsbewijs tonen als ze medische zorg nodig hebben. Een bijschrijving van een (minderjarig) kind in het paspoort van de ouder kan worden gebruikt ter legitimatie van het kind. Deze ouder moet dan mee naar de arts of het ziekenhuis om het kind te kunnen identificeren. Kinderen kunnen vanaf 26 juni 2012 niet meer worden bijgeschreven in het paspoort van de ouder. Een bijschrijving in een geldig paspoort kan echter nog wel gebruikt worden als identificatie in de zorg.
Soort identiteitsbewijs zorg
U kunt zich identificeren met een geldig paspoort, rijbewijs of met een Nederlandse identiteitskaart. Ouders moeten hun kind(eren) hebben ingeschreven in hun eigen paspoort of voor het kind zelf, hoe jong ook, een eigen identiteitsbewijs hebben. De identificatieplicht voor de zorg geldt vanaf de geboorte. Dit is vastgelegd in de Zorgverzekeringswet (Zvw).
Een zorgverlener is niet verplicht een kopie van het identiteitsbewijs van patiënten op te nemen in het dossier. Wel moet een zorgverlener soort en nummer van het gecontroleerde document vastleggen in de administratie.
Een zorgverlener is niet verplicht een kopie van het identiteitsbewijs van patiënten op te nemen in het dossier. Wel moet een zorgverlener soort en nummer van het gecontroleerde document vastleggen in de administratie.
Zelf zorg betalen bij geen legitimatiebewijs
Als u de zorgverlener geen identiteitsbewijs kunt laten zien, kan hij de kosten van uw behandeling niet declareren bij een zorgverzekeraar. De arts of het ziekenhuis moet alle kosten van de medische behandeling dan op u verhalen. Deze kosten kunnen aanzienlijk zijn. De zorgverlener zal meestal een betalingsregeling met u moeten treffen.
Verlopen identiteitsbewijs niet geldig bij zorgverlener
Als uw identiteitsbewijs niet meer geldig is, kunt u dit niet meer gebruiken om u te identificeren bij een zorgverlener. U moet dan een nieuw bewijs aanschaffen. Kunt u dat niet meer zelf doen, overleg dan met de zorgaanbieder hoe dit opgelost kan worden. Een verpleeghuis of verzorgingshuis kan bijvoorbeeld de gemeente vragen iemand te sturen die van de bewoners foto’s maakt en vingerafdrukken afneemt. Het hangt van de instelling en van de gemeente af of deze service wordt gegeven.
Spoedeisende hulp en legitimeren
Heeft u onmiddellijk medische hulp nodig, dan wordt u eerst geholpen. Is de acute hulp verleend, dan moet u zich binnen 14 dagen bij het ziekenhuis of de kliniek identificeren. Identificeert u zich niet binnen deze tijd, dan moet de zorgverlener de kosten op u verhalen.
Burgerservicenummer in de zorg
Sinds 1 juni 2009 zijn erkende zorgverleners verplicht het burgerservicenummer (BSN) te gebruiken. Dat betekent dat zorgverleners zoals uw huisarts, tandarts, apotheek, ziekenhuis of zorgverzekeraar uw BSN vastleggen in hun administratie en gebruiken bij het uitwisselen van gegevens met andere zorgverleners.
Zorgverleners moeten controleren of u degene bent die hoort bij het BSN voordat ze uw BSN mogen gebruiken in hun administratie. Daarom kunnen zij u vragen om een geldig identiteitsbewijs.